Vaccinatiebereik bij jonge kinderen blijft erg hoog in Vlaanderen

Het bereik van de gratis vaccins voor baby's en peuters is in Vlaanderen blijft erg hoog. Dat blijkt uit cijfers van het agentschap Opgroeien. Volgens het agentschap is de gevreesde 'vaccinmoeheid' door de coronacrisis uitgebleven.

Vlaanderen heeft al jaren een hoge vaccinatiegraad bij jonge kinderen. Door de coronacrisis was er gevreesd voor een soort vaccinatievermoeidheid, maar uit de cijfers van Opgroeien blijkt dat het vaccinatiebereik op peil blijft.

Zo heeft 92,9 procent van de baby's die geboren werden in 2021 de eerste dosis van het hexavalent vaccin gekregen. Dat vaccin beschermt tegen polio, difterie, tetanus, pertussis, hepatitis B en haemophilus influenzae type b in de eerste levensmaanden. Voor de derde dosis van hetzelfde vaccin zakt de vaccinatiegraad naar 89,7 procent.

Daarnaast heeft minstens 92,3 procent van de kinderen geboren in 2020 in het tweede levensjaar het vaccin tegen mazelen, bof en rubella gekregen. Verder heeft minstens 94,8 procent van de kinderen geboren in 2019 in het tweede levensjaar een inenting tegen polio gekregen.

De cijfers liggen voorlopig nog lichtjes onder de cijfers van de jaren voordien, maar ze moeten ook nog verder aangevuld worden omdat er altijd kinderen zijn die pas na het trekken van de data gevaccineerd worden. De laatste cijfers zijn dus steeds een lichte onderschatting.

Volgens minister van Volksgezondheid en Welzijn Hilde Crevits zijn de hoge vaccinatiecijfers "goed nieuws". De CD&V-minister verwijst ook naar de sleutelrol van de medewerkers van Opgroeien. Uit de cijfers blijkt dat twee op de drie kinderen (66 procent) geboren in 2020 op de leeftijd van 18 maanden alle aanbevolen vaccins heeft gekregen door Kind en Gezin. Naast Kind en Gezin zijn er nog andere vaccinatoren, zoals de huisartsen en kinderartsen.

Naast vaccinaties kunnen ouders tijdens de consulten bij Kind en Gezin ook terecht voor gehoor- en oogtests. Uit de cijfers daar blijkt dat bijna alle kinderen (97,9 procent) die in 2021 geboren werden een gehoortest hebben afgelegd. Bij 509 kinderen (0,9 procent) van de in 2021 geteste kinderen was een verwijzing naar een gespecialiseerd referentiecentrum nodig. Uiteindelijk werd bij 117 kinderen gehoorverlies vastgesteld. Vorig jaar voerde Kind en Gezin ook 114.313 oogtesten uit. Via die oogscreening worden risicofactoren opgespoord die aanleiding kunnen geven tot een lui oog (amblyopie).

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.